Ontspan
De beste tip? Ontspan en geniet. Als kersverse eigenaar vind je op onze website ook een aparte pagina over de opvoeding van je pup.
ontspan
Ophalen
Als je de pup ophaalt, rij dan rustig naar huis alsof je een pan soep op de achterbank hebt. Neem iemand mee die de pup op schoot kan nemen. Neem ook een paar handdoeken mee. Slaapt de pup onderweg? Mooi, houden zo.
De eerste dag
Laat de pup maar lekker overal rondsnuffelen en op onderzoek uitgaan. Let op elektrische draden. Hij zal in zijn nieuwe omgeving alles willen onderzoeken. Blijf bij hem, maar geef hem ook rust. De pup is snel aan zijn nieuwe omgeving gewend.
een nieuwe omgeving
Eten en drinken
Geef je ander voer dan de fokker gaf? Mix het dan eerst. De pup nooit overvoeren. Een wat magere pup is beter dan een te dikke. Geef geen extra mineralen of vitamines! Dit is zeer schadelijk voor de pup. Lees alles over het voeren van je Saarlooswolfhond in de FAQ’s. Bel de fokker gerust als je een vraag hebt. Liever een keer te veel dan één keer te weinig gebeld.
een pup slaapt veel
De eerste nacht
De pup heeft behoefte aan geborgenheid, ook ’s nachts. Hij zal het liefst samen met jou de nacht doorbrengen. Dat hoeft niet in jouw bed, maar samen slapen is een sociaal gebeuren. Het zal de band met de pup alleen maar versterken. Stel hem gerust als de pup ’s nachts piept, omdat hij zijn moeder en nestgenootjes mist. Straf hem niet. Het zal snel overgaan.
Aan te schaffen spulletjes
In ieder geval heb je een voerbak en een drinkbak nodig. Roestvrijstalen bakken zijn licht, makkelijk schoon te maken en ze breken niet als ze een keer vallen. Brede bakken van onderen zijn moeilijk om te stoten. Handig als waterbak.
links de waterbak, rechts de voerbak
Zindelijkheid
Voor de meeste pups is het echt teveel gevraagd de eerste tijd de nacht droog door te komen. Als je het kunt opbrengen, zet dan ’s nachts de wekker om hem eventjes uit te laten. Als de pup ’s ochtends wakker wordt, moet hij ook meteen plassen. Wacht daar niet mee, want hij kan het nog niet ophouden. Snel naar buiten. Na de boodschap prijs je de pup. Een vriendelijk woord, een aai over zijn kopje is genoeg. Niet overdrijven, dat snapt de pup niet. Daarna meteen weer naar binnen.
Als de pup overdag ontwaakt uit zijn slaapje moet hij zijn behoefte doen. Ook na elke maaltijd. Wees daarop alert. Wees rustig en prijs hem als het allemaal is gelukt. Niet te uitbundig, zo’n wereldprestatie was het nou ook weer niet. Ongelukjes in huis worden nooit, nooit, maar dan ook nooit bestraft! Geen paniek of geschreeuw als het eens misgaat. Rust en regelmaat zijn ook hier de toverwoorden.
Uitlaten
De pup minstens vier keer per dag uitlaten. Altijd aangelijnd! Eerst een paar minuutjes. Voer de tijden langzaam op en maak steeds grotere rondjes om het huis. Tien minuten per keer is voor de eerste weken het maximum. Laat iedereen die dat wil rustig kennismaken met je puppy. Pas op voor te enthousiaste honden die geen rem hebben.
Beendergestel
De pup mag het eerste halfjaar niet traplopen en pas ook op met gladde vloeren. Het beendergestel is nog niet voldoende uitgehard. Houd je hier stipt aan, anders kunnen later ernstige gewrichtsproblemen optreden.
Enten en ontwormen
De eerste enting heeft de pup al gehad. Die staat in het paspoort dat je van de fokker hebt gekregen. De enting in de 9e week moet je zelf regelen. De dierenarts zal een cocktailenting geven tegen hondenziekten. In de 12e week volgt nog een cocktailprikje. Daarna zijn jaarlijkse entingen voldoende. Titeren kan ook. Vraag ernaar. Ontworm de jonge hond minstens 2 keer per jaar.
entingsboekje